3. Maasbrug

Maastricht dankt zijn naam aan de Maasbrug (Mosa trajectum, oversteekbare plaats over de Maas). De Romeinen bouwden al een houten brug, zo'n 100 meter (verderop) ten zuiden van de huidige brug. Een van de Romeinse routes nog voor Christus was de weg van Bavay in Noord-Frankrijk naar Keulen. Op de plaats waar de Jeker in de Maas stroomde was het mogelijk de rivier te doorwaden. De weg naar Keulen was primair aangelegd voor troepentransporten, maar werd steeds belangrijker als handelsroute. Al snel maakten ze hier een vaste oeververbinding. Op de natuurlijke ophoging op de westelijke oever vestigden de Romeinen een bruggenhoofd: Maastricht. De brug kreeg de naam "Oversteekplaats", in het latijn "Traiectum", Hier komt de naam Maastricht vandaan. Rond 1100 was er waarschijnlijk nog steeds op dezelfde plaats een brug. De Duitse vorst Koenraad III schonk haar in 1139 aan het kapittel van Sint Servaas. De kanunniken mochten tol heffen van alle passanten, maar moesten wel zorgen voor het onderhoud van de brug. Maar de Luikse bisschop maakte er ook aanspraak op. In 1204, 1229 en 1267 vielen de bisschop van Luik en de graaf van Loon de stad aan, verwoestten de vestingwerken en braken de houten brug over de Maas af. De laatste keer werd ook de stenen verdedigingstoren in Wijck die daar pas gebouwd was vernield. In 1269 bliezen de Luikenaren de aftocht en konden de kanunniken van het Sint Servaaskapittel hun brug, of wat daar van over was, weer in bezit nemen. Maar 6 jaar later, 12 juli 1275 stortte de houten Maasbrug in bij het passeren van de processie van Onze-Lieve-Vrouw. Vierhonderd mensen zouden hierbij om het leven zijn gekomen. Enkele jaren later, ter nagedachtenis aan deze ramp, bouwden de Augustijnen een klooster dat uitstak boven de Maas, als het ware om de brug verder te beschermen. Nu werd er ook voor het eerst een stenen brug gebouwd. De bouw startte in 1280, iets ten noorden van de plek waar de Romeinen hun brug hadden aangelegd, op de plaats van de huidige brug. Enkele elementen uit die tijd zijn nog in de brug te zien. Restauraties vonden plaats in de 19e eeuw. In 1932 werd vrijwel alles van de oude brug opgeblazen en werd er een bijna nieuwe brug gebouwd met een ophefbaar deel. In 1934 werd een beeld van Charles Vos geplaatst: een Sint Servaas die de Maas zegent. Het mocht niet baten: zowel in 1940 als in 1944 werd weer een groot deel van de brug verwoest. Daarna werd de brug verbreed en in 1947 weer heropend.

 Ziet u slechts 1 pagina?
klik hier voor de volledige website
"Voorouders uit Midden-Limburg"