O.L.Vrouwebasiliek en St. Nicolaaskerk

Op de plaats van de huidige O.L. Vrouwe basiliek stond al in de 5e eeuw een kerk, waarschijnlijk op de plaats van een eerder Romeins heiligdom. Het was de eerste Christelijke kerk van Nederland. In de 6e tot 8e eeuw zetelden waarschijnlijk in deze kerk de bisschoppen van Maastricht, totdat de zetel verplaatst werd naar Luik. De huidige kerk is gebouwd rond het jaar 1000, (westwerk), het oostwerk is in 1180 voltooid. De O.L.vrouweparochie viel ook onder een kapittel. Het kapittel is waarschijnlijk opgericht vlak voordat met de bouw van de nieuwe kerk in 1000 begonnen is. Dit kapittel was direct verantwoording schuldig aan de bisschop van Luik. Maastricht was daardoor tweeherig: bij rechtszaken besliste een college met afgevaardigden van het kapittel van O.L.Vrouw en het kapittel van Servaas. Deze toestand bleef bestaan tot de Franse tijd. De rechtsverhouding werd in 1283 bekrachtigd met het document "de alde Caerte" welke bewaard werd in een toren van de O.L.Vrouwebasiliek. In deze toren werden overigens meer dingen bewaard. De gemeente bewaarde er het archief, bang als dat ze waren dat dit verloren zou gaan op een andere plaats door brand. Ook lag er "de el", de Maastrichtse basismaat, die een weinig verschilde van bijv. de Amsterdamse el.

Het kapittel van O.L. Vrouw was veel kleiner dan dat van Servaas, er waren slechts 18 kanunniken, tegenover 40 bij Servaas. De kanunniken woonden in huizen vlakbij de kerk. Bekende kanunnikwoningen zijn in ieder geval Bernardusstraat 1 en 2, O.L. Vrouweplein 7, 8, 15, 19, 20, 22 en 23.

Nicolaaskerk en OLV-kerk Als parochiekerk werd op een gegeven moment de St. Nicolaaskerk naast de basiliek gebouwd (1343). Er is nog een plattegrond uit omstreeks 1770 bewaard waarop je kunt zien waar deze kerk precies stond. De rest van het huidige plein was in gebruik als kerkhof. Er waren veel geschillen met de kanunniken van St. Servaas, o.a. over aflaatrechten. De kanunniken wilden relieken in het openbaar tonen en daar geld voor vragen, maar uit concurrentie-overwegingen vond het kapittel van Servaas dat niet goed. Zij werden daarin gesteund door de magistraat van Maastricht.

De OLV-kerk is in het bezit van prachtig beeldhouwwerk. Zo is er een anonieme pieta uit 1400, maar ook prachtige beelden van Jan van Steffeswert uit omstreeks 1500, zoals het beeld van St. Christoffel die het kind Jezus draagt. Beroemd zijn verder de stenen kapitelen die op het koor staan en die te bezichtigen zijn via een rondleiding. Dit koor overigens heeft een prachtige omgang en galerij. De nu in opdracht van architect Cuypers zwartgeschilderde pilaren bevatten kapitelen, deels met bijbelse voorstellingen, deels voorzien van afbeeldingen van mensen in gevecht met gedrochten. Deze sombere thematiek hangt wellicht ook met de tijdsgeest samen: de kruisvaarders in het H. Land ging het niet al te best en men voorzag wellicht zware tijden voor de kerk. Ook is er een mooie afbeelding van mensen in een wijngaard. Andere interpretaties zijn dat er een samenhang is met de geschriften van Augustinus. Deze waren in die tijd bijzonder populair. Augustinus schetste in "De Civitate Dei" de stad van de bozen en de stad van de heiligen. Nu nog lopen de bewoners door elkaar, maar op de jongste dag laat God ze in hun eigen stad wonen. Sommige pilaren laten zich als een bijbelverhaal met vier plaatjes lezen. De uitleg daarvan wordt ondersteund door boven elke afbeelding een Latijnse zin. Door stijlanalyse gaan sommige kunsthistorici er op dit moment van uit dat de kunstenaars, die ook de kapitelen in de Servaas maakten, afkomstig waren uit Lombardije, Noord-Italië. Verder zijn er twee cryptes. In de huidige sacristie was vroeger de kapittelzaal. Er is een galerij met binnentuin, waar vroeger het personeel van het klooster, zoals de koster, werd begraven. De kanunikken werden in de kerk zelf of de kloosteromgang begraven. Op het tegenwoordig O.L.V. plein was een kerkhof welk in tweeën was gedeeld: een deel was voor de parochianen (Nicolaaskerk) een ander deel hoorde expliciet bij het OLV-klooster. Ook was er nog een klein kerkhofje aan de oostkant van de kerk voor mensen van buiten die in het klooster (tijdelijk) onderdak hadden gevonden. (Een veel groter pelgrimskerkhof was overigens op het vrijthof, waar de pelgrims die de St. Sevaas bezochten en in het Servaashospitaal overleden werden begraven.) In 1950 zijn de graven uit de cryptes van de OLV-kerk verwijderd. O.a. werd toen het graf van Elisabeth Strouven, die klooster Calvariënberg stichtte, verplaatst.

Naast de beeldhouwwerken zijn er twee zeer oude muurschilderingen tevoorschijn gekomen. Een van St. Christoffel, de ander van St. Catharina. Dit waren de twee noodhelpers van de kerk, heiligen die in geval van nood werden aangeroepen. St. Christoffel was patroonheilige van de zakkendragers, die in deze buurt vlak bij de Maas veel werk hadden. St. Catharina stierf de marteldood. Zij kwam uit Alexandrië, een kustplaats bij de Middellandse zee. St. Catharina is daardoor ook een van de patroonheiligen van schippers. Zij was een mystiek huwelijk met Christus aangegaan. Vaak wordt ze afgebeeld met Christus op schoot en is daardoor een soort concurrent van Maria. Maria zelf overigens, de patroonheilige van de basiliek, wordt vooral vervuld door middel van het beeld "de Sterre der zee". Een schip met kooplieden uit Maastricht onderweg met laken naar Scandinavië dreigde te vergaan. De opvarenden riepen Maria aan en het schip bleef behouden. Dit leidde tot een speciale verering van Maria. Het beeld, waar dagelijks door pelgrims rond de 1000 kaarsen voor worden aangestoken, staat in een aparte kapel (de Merodekapel), die tegenwoordig als ingang van de kerk dient. Het beeld is getooid met een echte mantel, die alleen in de vastentijd wordt afgedaan. Het beeld stamt uit de 15e eeuw en komt waarschijnlijk uit een Boheems atelier.
Beroemd is de basiliek ook om zijn orgel, gebouwd door de Luikse orgelbouwer Séverin in 1652. De barokklank is bij een van de laatste reatauraties hersteld. Het is een van de oudste orgels van Nederland.

In 1796 werd het kapittel op gezag van de Franse bezetters opgeheven. De kerk werd gebruikt als paardenstal en magazijn. De St. Nicolaaskerk en het kerkhof zijn in de 19e eeuw afgebroken. Pas toen werd de basiliek weer godshuis en nam de functie van parochiekerk over van de Nicolaaskerk.

 Ziet u slechts 1 pagina?
klik hier voor de volledige website
"Voorouders uit Midden-Limburg"